Vier tips voor onderhoud en beheer van je OutSystems platform

OutSystems Low-code

Het gebruik van het ontwikkelplatform OutSystems neemt een steeds grotere vlucht. Het platform biedt de mogelijkheden om in korte tijd business applicaties te maken en in productie te nemen. Maar om de unieke mogelijkheden van OutSystems voluit te benutten is het wel belangrijk om het platform goed te beheren, een onderdeel wat vaak onderbelicht blijft. In dit artikel vind je een aantal praktische onderhoudstips om jouw OutSystems platform optimaal te benutten!

Infrastructuur

OutSystems draait als een laag bovenop een bestaande infrastructuur. Dit kunnen servers zijn die in eigen datacenters draaien maar ook virtuele omgevingen zoals Azure en AWS zijn mogelijk. Afhankelijk van de gekozen partij ben je dan ook zelf verantwoordelijk voor het onderhoud van je infrastructuur.

Platform

De grootste knelpunten ontstaan echter vooral in het beheer van het platform zelf. Dit valt vaak tussen wal en schip. De beheerder van de infrastructuur ziet het onderhoud van het OutSystems platform als een taak voor de applicatiebeheerder en andersom. Beide groepen hebben in deze ongelijk. Je dient wel degelijk de noodzakelijk stappen te ondernemen waarvoor specifieke kennis noodzakelijk is. Anders loopt langzaam maar zeker de omgeving vol en worden uiteindelijk de applicaties trager of geven fouten.

Het beheer van het OutSystems platform is in de volgende stukken te verdelen:

1. Controle in ServiceCenter op de diverse loggings en de ‘environment health’.

In ServiceCenter wordt de algehele status van het platform weergegeven. Je vindt hier o.a. de volgende loggings: Errors, General, Service Actions, Integrations, Processes, Mobile Apps, Environment Health en Security. Elk van de logs geeft meer detail over de gebeurtenissen die op dat gebied hebben plaats gevonden. ServiceCenter biedt ook het overzicht over alle modules heen.

2. Verdeling van applicaties in verschillende applicationpools

De applicaties worden gedeployed op een webserver in IIS. Door de applicaties te verdelen over meerdere applicatiepools is het mogelijk om invloeden van applicatie op elkaar (qua processor of CPU gebruik) te verminderen.

3. Bijhouden en verwijderen van oude applicatie (versies)

OutSystems biedt de mogelijkheid om snel het een en ander uit te proberen. Dit kan leiden tot een wildgroei aan verschillende applicaties die niet (meer) gebruikt worden. Vanwege het overzicht en de gebruikte ruimte is het aan te bevelen van tijd tot tijd de applicaties langs te lopen en alles wat ooit als een test gemaakt is, weer op te ruimen.

4. Bijhouden applicatie analytics (LifeTime)

In LifeTime is er een mogelijkheid de applicaties nader te analyseren. Hierbij wordt er een APDEX (Application Performance Index) score per applicatie weergegeven. Tevens is te zien hoe de tijd die nodig is om een request te tonen is opgedeeld in client-, netwerk- en servertijd. Zodoende kan een ontwikkelaar gericht aan de slag om de performance van onderdelen te verbeteren.

Wil je meer weten over dit onderwerp? Lees dan de lange versie van dit artikel op ITNEXT, het kennisplatform van LINKIT. Of neem direct contact op met auteur en OutSystems expert Kees Kleybeuker voor meer informatie.